Prototype.

In 1958 kreeg Van Doorne’s Automobiel Fabriek (DAF) in Eindhoven van Defensie de opdracht om een licht gepantserd wielvoertuig voor verkenningen te ontwikkelen. In 1960 waren er twee gelijke prototypes gereed die YP 104 genoemd werden. Y voor militair voertuig, P voor pantser, 1 voor 1 ton laadvermogen, 0 voor prototype of nul serie en 4 voor het aantal aangedreven wielen.

Het prototype had een zelfdragende carrosserie van pantserstaal zoals de YP 408. Het onderstel was voor het grootste deel overgenomen van de 1 tonner YA 126. De motor was een aangepaste Hercules motor van de YA 328. Het voertuig had een stuurwiel voor en achter die beiden de voorwielen bedienden. Achter de versnellingsbak had het een omkeerbak waarmee de rijrichting kon worden veranderd. Zo kon het even snel voor- als achteruitrijden. De bemanning bestond uit drie personen: een chauffeur voor vooruit, een chauffeur voor achteruit en de commandant-schutter daar tussenin.

De prototypes werden uitgebreid beproefd waarbij veel verbeterpunten naar voren kwamen. Vooral ergonomisch. Ook de bewapening was te licht. Het was geconstrueerd voor een 7,62 mm mitrailleur maar een 12,7 mm mitrailleur werd wenselijk geacht. Er zou heel veel aan het voertuig veranderd moeten worden om hem geschikt te maken voor zijn taak.

DAF ontwikkelde nog verder, maar door de technische vooruitgang waren intussen de eisen voor verkennings­voertuigen veranderd. Zo was er een voorkeur gekomen voor de mogelijkheid tot amfibisch gebruik. Daar zou het pantserwielvoertuig niet aan kunnen voldoen.

Niet in productie.

In 1963 stelde een werkgroep vast dat het tot zeker 1965 of 1966 zou duren voordat de YP 104 voor zijn taken geschikt zou zijn, waarbij hij dan niet amfibisch was.

In 1964 werd het hele project door Defensie geannuleerd. Men koos voor de Amerikaanse M113 C&V (Commando en Verkenning), een klein licht gepantserd rupsvoertuig met 12,7 mm (.50 inch) mitrailleur uit de M113-familie die ook amfibisch was.

Uiteindelijk zouden alleen Nederland en Canada deze voertuigen aanschaffen. In 1964 kocht Nederland er 266.

De DAF YP 104 in onze collectie is het enige exemplaar dat nog bestaat. Het kan nog rijden. Het andere exemplaar is gesloopt, of, zoals boze tongen beweren, begraven onder een dikke laag beton op het fabrieksterrein van DAF.

Meer informatie.

Omdat dit unieke voertuig deel uitmaakt van onze collectie en wij over het beproevingsrapport als informatiebron beschikken, geven wij op de volgende pagina gedetailleerder informatie over de prototypes en de beproevingen en alle relevante technische gegevens.

Fotogalerij beide prototypes.

Klik voor foto’s.